Reinier begon op zijn twaalfde met het bespelen van de drums, als leerling van drummer Nico Meijer en de bandcoach Nico Korver op de muziekschool van Heerhugowaard. In de polder speelde hij toen Ska en Reggae. De drummer van The Police, Stewart Copeland, was zijn grote held. Uiteindelijk verdiepte hij zich, na het spelen in een jazzrock-formatie, in de Bebop. Muzikanten als Han Bennink, John Engels, Elvin Jones, Tony Williams en Bill Frisell waren inspiratiebronnen.

In de Amsterdamse Jazzscene was Reinier actief in diverse improbands, zoals het Gebroken Wit Sextet van Martin Klein en het Nedley Elstak Workshoporkest. Ook was hij de drummer van de Nederlandstalige popband ‘De Nieuwe Bandje’. Reinier werd in Amsterdam ingehuurd als sessiedrummer in Jazzclub ’t Geveltje en Bluesclub Maloe Melo en gaf 10 jaar leiding aan de jamsessie ‘Jazzcuzzi’ in Cultureel Centrum De Badcuyp (in de Amsterdamse Pijp). Wekelijks repeteerde hij in die periode in de Amsterdamse Jordaan met de bigband Toeterszat van Joost Dieho.  Daar liep hij het bigbandvirus op.

Na de Bucket Bigband uit Amsterdam en de Fellows Bigband uit Amstelveen is de drumkruk van de Amsterdam UMC Bigband zijn favoriete plek!